Het vervoer van de as naar het buitenland is vrij.
Voor de kisting en het vervoer van niet-gecremeerde stoffelijke overschotten naar het buitenland moet het volgende onderscheid gemaakt worden:
- Kisting en vervoer binnen de Benelux;
- Kisting en vervoer van of naar één van de landen die gebonden zijn door de Overeenkomst van Straatsburg;
- Kisting en vervoer naar een ander land.
Kisting en vervoer van of naar één van de landen die gebonden zijn door de Overeenkomst van Straatsburg
De Overeenkomst van 26 oktober 1973 inzake het vervoer van lijken, opgemaakt te Straatsburg, is goedgekeurd bij de wet van 20 augustus 1981 ( Belgisch Staatsblad van 29 oktober 1981, erratum in het Belgisch Staatsblad van 21 augustus 1982 ).
Tot op heden hebben de volgende landen die Overeenkomst geratificeerd: Andorra, België, Cyprus, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, IJsland, Letland, Litouwen, Luxemburg, Moldavië, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, Slovakije, Slovenië, Spanje, Tsjechische Republiek, Turkije, Zweden en Zwitserland.
De Overeenkomst van Straatsburg bepaalt in de artikelen 6 en 7 het volgende inzake doodskisten:
Artikel 6.
1. De doodskist dient ondoordringbaar te zijn; bovendien dient de binnenkant een absorberend materiaal te bevatten. Indien de bevoegde autoriteiten van de Staat van vertrek zulks noodzakelijk achten, dient de doodskist te worden voorzien van een luchtfilter ten einde de inwendige en de uitwendige druk gelijk te maken.
De doodskist dient te bestaan uit:
- hetzij een houten buitenkist waarvan de wanden ten minste 20 mm dik zijn en een binnenkist van zorgvuldig gesoldeerd zink of van een ander zichzelf afbrekend materiaal;
- hetzij alleen een houten kist waarvan de wanden ten minste 30 mm dik en die van binnen is bekleed met een zinken blad of met ander zichzelf afbrekend materiaal.
2. Indien het overlijden is veroorzaakt door een besmettelijke ziekte, wordt het lijk zelf gewikkeld in een lijkkleed dat is gedrenkt in een antiseptische oplossing.
3. Onverminderd het bepaalde in het eerste en het tweede lid van dit artikel, dient de doodskist bij vervoer door de lucht een luchtfilter te bevatten of, bij gebreke hiervan, een door de bevoegde autoriteit van de Staat van vertrek als voldoend erkend weerstandsvermogen te hebben.
Artikel 7. Wanneer de doodskist als gewone vracht wordt vervoerd, dient deze zo te worden verpakt dat zij niet de aanblik van een doodskist heeft en dient erop te worden aangegeven dat zij voorzichtig moet worden behandeld.
Met toepassing van artikel 3 van deze Overeenkomst moet elk lijk tijdens het internationale vervoer vergezeld gaan van een speciaal document - " lijkenpas of laissez-passer " -, dat door de bevoegde autoriteit van de staat van vertrek wordt afgegeven. Dit document volstaat om de aspecten van het lijkenvervoer te regelen ( artikel 4 ).